Samen liepen we naar baan 22.

Het was een mooie vakantiedag in augustus. Prachtig zomerweer. Prima om een toernooi te spelen. Bij de baan aangekomen stonden we allebei een beetje raar te kijken. Dit hadden we geen van beiden verwacht. Een stuk weg, afgezet met een rechthoek van touw. Asfalt, tenminste voor het stuk waar nog asfalt lag, keien, zand en gras. Een zooitje. En ook nog sterk hellend naar één kant.
Onze tegenstanders waren inmiddels ook gearriveerd en stonden net zo beteuterd te kijken.

“Kom op, we gaan er een leuke pot van maken. Het is voor allemaal hetzelfde”. Mijn partner knikte, nog niet helemaal overtuigd. Hij haalde een muntje uit zijn zak en vroeg “Kop of Munt” aan onze tegenstanders.

Na de toss, die we verloren hadden, zagen we hoe de eerste boule van de tegenstanders keurig naar het but liep. Een metertje voor het but kreeg de zwaartekracht grip op de boule en langzaam werd een buiging naar rechts ingezet. Omdat het laatste stuk bij het but steeds steiler werd nam de snelheid toe in plaats van af en de boule eindigde ruim buten de lijnen van het veld.
“Volgens mij moet je donnée hoger liggen”
“Wat denk je. Hier ongeveer?”
Hij wees een plek aan de linkerkant van de baan aan die hij als donnée wilde gaan gebruiken.
“Lijkt mij een prima plek”

Zo gezegd zo gedaan.

Tot de verbazing van de tegenstanders gooide mijn maat zijn boule op de donnée ver aan de linkerkant van de baan. De boule bleef binnen en een halve meter van het but. Op deze baan een perfecte prestatie.

De tegenstanders hebben nog geprobeerd het te verbeteren maar dat lukte ze niet. Elke boule die ze probeerden dichter bij het but te krijgen rolde of de baan uit of was veel te kort.

Voor mij bleef er gelukkig alleen de opdracht over het voorbeeld van mijn teamgenoot te volgen, die me hielp door bij de donnée te blijven staan.

Een moeilijk veld…


Bron: Een boule is rond…… en dat is best wel moeilijk, door Joop Pols & Jaap Smits